Nu de lente voorzichtig de eerste straaltjes zon laat zien, is de Rosse metselbij al weer druk in de weer met het bouwen van een nest. De Rosse metselbij is een bijensoort, die als één van de eersten in het vroege voorjaar een nest bouwt. In maart en april zijn ze al volop bezig. In ons insectenhotel zijn ze vaste gast.
Vooral de wat dikkere bamboe stengels met een diameter van zo’n 6 tot 8 mm hebben hun voorkeur. De gangetjes stoppen ze vol met stuifmeel, dat als voedsel voor de larven dient. In elke gangetje worden meerdere nestjes gemaakt, die met vochtige klei en aarde worden dichtgemetseld.
Hier zie je het vrouwtje van de Rosse metselbij met een bolletje klei om de nestgang mee dicht te maken.
Het is wel oppassen het juiste buisje te kiezen, want het insectenhotel kent ook nog andere bewoners. Voordat je het weet sta je oog in oog met de angstaanjagend uitziende Schorsmarpissa spin.
Het eindresultaat is een dichtgemetseld nest. In de voorste cellen van de nestgang liggen onbevruchte eitjes. Daar komen de mannetjes uit. Achterin liggen de bevruchte eitjes waar de vrouwtjes uit komen.
Het vrouwtje van de Rosse metselbij is te herkennen aan de goudgele buikschuier (de haren onderop de buik waarmee het stuifmeel verzameld wordt) en de twee hoorntjes op de kop (net zichtbaar tussen de haren onderaan de kop). Net als bij de mannetjes zijn de eerste rugplaten roodbruin behaard en zijn de laatste rugplaten zwart behaard.
Het mannetje van de Rosse metselbij is het makkelijkste te herkennen aan de veel langere antennen dan het vrouwtje. Verder ontbreken de hoorntjes op de kop en heeft het mannetje geen buikschuier.
Meer informatie
Meer informatie over metselbijen.







