Klokjesbijen (Chelostoma) zijn kleine slanke zwarte bijen, die nestelen in gangetjes in dood hout en in holle stengels van planten. Klokjesbijen verzamelen voornamelijk stuifmeel op de bloemen van planten uit de klokjesfamilie (Campanula). Daar hebben ze hun naam ook aan te danken. Er zijn vier soorten in Nederland, waarvan er één zeldzaam is (de Zuidelijke klokjesbij).
Grote klokjesbij
De vrouwtjes van de Grote klokjesbij (Chelostoma rapunculi) hebben een buikschuier waarmee ze stuifmeel pollen verzamelen voor in het nest. Ze lijken op de Ranonkelbij (Chelostoma florisomne), maar de Ranonkelbij heeft veel langere kaken dan de Grote klokjesbij.
De Grote klokjesbij maakt dankbaar gebruik van het insectenhotel in onze tuin. Hieronder is de bij te zien terwijl ze bezig is met het bouwen van een nest. De nestgangen worden afgesloten met leem en zand dat wordt vermengd met kleine steentjes. Onder andere de hongerwesp Gasteruption erythrostomum parasiteert de nesten van de Grote klokjesbij.
De mannetjes van de Grote Klokjesbij lijken op de vrouwtjes, maar ze hebben groene i.p.v. zwarte ogen en ze hebben ook geen buikschuier.
Klokjesbij mannetjes slapen ook in de klokjes. Ze klemmen zich dan vast aan de stijl van de bloem, zoals op de foto hieronder te zien is.
Onderorde: Apocrita
Sectie: Angeldragers (Aculeata)
Familie: Bijen en hommels (Apidae)
Genus: Klokjesbijen (Chelostoma)
Soort: Grote klokjesbij (Chelostoma rapunculi)
Meer Bijen en hommels
Bekijk ook andere bijen en hommels.